Gasunie betrokken bij bouw waterstoffabriek in de Noordzee
Gastransportbedrijf Gasunie gaat onder de noemer ‘Aquasector’ samen met Shell, het Duitse RWE en het Noorse Equinor in de Duitse Noordzee een waterstoffabriek bouwen. Met elektriciteit van Duitse windparken op zee moet daarmee vanaf 2028 jaarlijks 20.000 ton groene waterstof worden geproduceerd, bestemd voor onder andere de Duitse industrie.
Dat meldt het Dagblad van het Noorden. De groene waterstof wordt in eerste instantie met een nog aan te leggen pijpleiding naar het eiland Helgoland vervoerd. Helgoland moet in de toekomst een ‘hub’ worden in een toekomstig Europees waterstofnetwerk. Het is de bedoeling dat de waterstof vanaf het eiland vervolgens naar het Duitse vasteland wordt getransporteerd.
Aquasector maakt deel uit van het Duitse project AquaVentus, dat voorziet in grootschalige productie en transport van groene waterstof. Het doel is dat op de Duitse Noordzee in 2035 windparken met een gezamenlijke capaciteit van 10.000 megawatt voor onder meer de waterstofproductie zijn gebouwd. De parken zijn gepland tussen Helgoland en de Doggersbank.
Chemiepark in Delfzijl
Gasunie, Shell, RWE en Equinor vormen met Groningen Seaports ook het consortium achter NortH2, dat in de Eemshaven grootschalig groene waterstof wil gaan maken met de duurzame elektriciteit van Nederlandse windparken op zee. De groene waterstof is bestemd onder andere het chemiepark in Delfzijl.
Het voornaamste verschil tussen de beide plannen is de beoogde plek van de waterstofproductie en het transport, zo schrijft het Dagblad. NortH2 wil eerst de elektriciteit via kabels naar de Eemshaven transporteren, om vervolgens daar de groene waterstof te maken. Het Duitse project gaat uit productie op zee, om vandaar de waterstof per pijpleiding aan land te brengen. Die kan daar zo nodig worden omgezet in elektriciteit. Transport van waterstof via een pijpleiding is beduidend goedkoper transport van elektriciteit per kabel.