Navigatie overslaan

Groe­ne revo­lu­tie in Delf­zijl: Avan­ti­um bouwt fabriek voor groen’ plastic

Een primeur in Noord-Groningen. Voor een kleine 200 miljoen euro gaat technologiebedrijf Avantium een fabriek in Delfzijl bouwen. De groene revolutie is daarmee begonnen. In Delfzijl.

De zogeheten FDCA-fabriek is gebaseerd op door Avantium zelf ontwikkelde technologie. Met die technologie kan het bedrijf plantaardige grondstoffen omzetten in zogenaamd FDCA, een belangrijke grondstof voor de nieuwe groene plasticsoort PEF. Deze plasticsoort kan helemaal uit plantaardige grondstoffen gemaakt worden en is dan ook zeer goed recyclebaar.

Het Noorden investeert fors in de nieuwe fabriek: 30 miljoen in totaal. De NOM betaalt mee, maar ook het Groeifonds, Investeringsfonds, Fonds Nieuwe Doen en Groningen Seaports.

Wereldwijde belangstelling

Hoewel de fabriek die gebouwd wordt relatief klein is - met een productie van vijf kiloton per jaar – zijn de ogen wereldwijd gericht op Delfzijl. “Het is voldoende om materiaal in de markt te zetten. Maar het gaat vooral om de technologie. Avantium wil haar technologie in licentie verkopen aan andere partijen. Internationaal is daar veel belangstelling voor, dus iedereen die een licentie wil, kijkt naar Delfzijl”, zo zegt Errit Bekkering, van de NOM in het Dagblad van het Noorden. En die belangstelling helpt als Noord-Nederland andere chemtech bedrijven wil trekken.

Met de komst van de ‘groene’ fabriek is de groene revolutie in Delfzijl begonnen, stelt Bekkering. “We moeten de omslag maken van fossiel naar biobased. Die revolutie is begonnen. In Delfzijl.”

Vanwege de positieve impact wordt het initiatief breed gesteund in het Noorden. “Ook om andere partijen in beweging te brengen’’, zegt Emiel ten Have, eveneens van de NOM, tegen het Dagblad. Bekkering: “We willen niet meer dat de chemische industrie gebruikt maakt van olie en gas. En we willen ‘groene’ producten. Het probleem van plastic in het milieu is nu al enorm.’’

De proeffabriek voor de nieuwe fabriek in Delfzijl staat in Geleen. Dat het bedrijf de definitieve fabriek in Delfzijl vestigt, heeft volgens Ten Have onder meer te maken met faciliteiten in het havengebied. Bovendien: er staan in de buurt al twee fabrieken. Ook de noordelijke investeringen speelden een rol, aldus het Dagblad. “Avantium ontwikkelt technologie. Ze verdienen daar in eerste instantie niets aan. Dus hebben ze geld nodig om een fabriek op te zetten. In het Noorden hebben we dit vroegtijdig omarmd. Er waren subsidiemogelijkheden die zijn benut en we investeren in de fabriek”, aldus Ten Have.

Gunstig voor het Noorden

Als Avantiums andere proeffabrieken in Delfzijl leiden tot de bouw van commerciële fabrieken, is de kans groot dat die in de buurt komen. “Het zijn fabrieken die inhoudelijk met elkaar zijn verbonden, de een maakt het ene component voor polyester, de andere fabriek een ander component. En in Emmen maken we dan weer het polyester zelf”, zegt Bekkering.

De verwachting is dat de komst van de fabriek het Noorden geen windeieren zal leggen: pogingen om soortgelijke bedrijven naar Drenthe of Groningen te halen, worden er eenvoudiger van, denken Ten Have en Bekkering.

Deze website maakt gebruik van cookies voor een optimale gebruikersbeleving. Lees onze cookieverklaring