Navigatie overslaan

Noor­den en rijk eens over miljarden

Het Noorden en het rijk zijn het gisteren eens geworden over de uitvoering van projecten die het niet doorgaan van de Zuiderzeelijn moeten compenseren. Over de verdeling van 2,16 miljard euro in de drie provincies zijn harde afspraken gemaakt. Dat lukte niet zonder problemen. Minister Camiel Eurlings wilde veel geld steken in grote rijksprojecten, waaronder het openbaar vervoer. Daardoor leken er minder regionale wegen- en vervoersplannen uitgevoerd te kunnen worden.

Omdat het Noorden vasthield aan het eigen Pact van Joure, vroeg het de minister een tandje bij te zetten. Die inzet lijkt deels beloond. In het genoemde pact staan alle projecten waar de provincies onverkort aan vasthouden. Omdat er meer plannen zijn dan geld, moet in een aantal gevallen worden geput uit andere subsidiepotten van het rijk of Europese fondsen. De minister vindt dat geen punt. De provincies maken uit welke projecten uit het compensatiefonds worden betaald.

Vast staat dat het Noorden zelf 670 miljoen euro op tafel legt. Dat is ook het bedrag dat de minister verlangde en waar de provincies, naar het zich laat aanzien, mee kunnen leven. Het geld uit het alternatieve pakket is bestemd voor investeringen die voor 2020 kunnen worden gedaan.

In het pakket is ook geld gereserveerd voor economische programma's die het Noorden moeten versterken. Vanochtend doet Eurlings op het ministerie in Den Haag nadere mededelingen over de afspraken met het Noorden. Een groot deel van het bedrag zal worden besteed aan de verbetering van wegen en spoorlijnen in de drie noordelijke provincies.


Deze website maakt gebruik van cookies voor een optimale gebruikersbeleving. Lees onze cookieverklaring