Van schoonmaker tot manager, bij Enshore zijn alle medewerkers mede-eigenaar
Bij het Groningse Enshore gaat het er net even anders aan toe dan bij andere bedrijven. Hier geen directeur die in zijn eentje alle belangrijke beslissingen neemt. Iedereen heeft invloed, want alle veertig medewerkers zijn mede-eigenaar van het bedrijf. “Van schoonmaker tot manager, iedereen in het bedrijf kan certificaten kopen.”
Enshore-oprichter Jeroen Hommes en zijn compagnon Aschwin Tetelepta staan niet graag in de spotlights. Toch is dit juist de reden dat hun succesvolle consultancy bedrijf opvalt. “Toen wij elf jaar geleden startten met Enshore wilden we dat ons bedrijf ook los van ons moest kunnen functioneren. Wij zijn niet de types die de hele dag mensen willen aansturen of beslissingen alleen maken. Dit doen we samen. We zochten een structuur die hierop aansloot”, aldus Hommes.
Over Enshore
Het consultancy bedrijf is gespecialiseerd in business process services; digitale adoptie van bedrijfsprocessen. Enshore begeleidt bedrijven om technologie op de juiste manier te gebruiken.
Betrokkenheid
Hommes en Tetelepta kennen elkaar van ICT-bedrijf Vertis, waar alle medewerkers mede-eigenaar waren. “We kregen veel verantwoordelijkheid, voelden ons betrokken” vertelt Hommes. “Toen Vertis verkocht werd aan het grote Ordina veranderde dit. In een grote organisatie heb je meer scheiding tussen rollen. Toen we startten met Enshore wisten we dat we het anders wilden. Het wij-gevoel, de betrokkenheid en verantwoordelijkheid die we als mede-eigenaren bij Vertis voelden wilden we ook binnen ons eigen bedrijf.”
Financieel experts raadden de twee ondernemers af om hun medewerkers mede-eigenaren te maken. Waarom zou je dit willen? Ze hadden het toch goed voor elkaar? “We hebben toen wel even getwijfeld. Toch wogen de voordelen op tegen de risico’s. We gingen ervoor,” zegt Hommes. Dat werd pionieren. Er zijn niet veel bedrijven die op deze manier werken. Het was niet makkelijk, maar het lukte. Alle 40 medewerkers van Enshore werden mede-eigenaar.
Hoe werkt mede-eigenaarschap in de praktijk? Hommes legt uit: “van schoonmaker tot manager, iedereen in het bedrijf kan certificaten kopen. Ook worden certificaten als beloning ingezet bij goed functioneren. Het doel is uiteindelijk dat een derde van de aandelen in het bezit komt van de medewerkers. We hebben nog niet nagedacht over hoe het verder gaat als we deze limiet bereiken. Het blijft een model in ontwikkeling.”
De impact op het bedrijf is direct merkbaar. “Medewerkers stellen andere vragen. Denken kritisch mee over investeringen, hoeveel mensen we aannemen of welk risico we bereid zijn te nemen als organisatie. Er is meer betrokkenheid, ook als er lastige keuzes gemaakt worden,” vertelt Hommes. Dit ervaart ook Roosmarijn Tamminga, sinds 4 jaar werkzaam als accountmanager bij Enshore. “Ik merk dat de betrokkenheid in de hele organisatie is versterkt. Ook bij medewerkers die in de dagelijkse praktijk verder van het bestuur afstaan.”
Risico's
De voordelen overheersen volgens Hommes. Toch bestaan de risico’s nog steeds. Denk bijvoorbeeld aan medewerkers die bereid zijn om grotere risico’s te nemen dan de twee eigenaren wensen. Of medewerkers die en masse hun certificaten verkopen. Hommes weet dat hij dit niet kan beïnvloeden en wil dit ook niet. “Ik geloof dat de voordelen voor iedereen sterker wegen, mede-eigenaarschap is een logische keuze voor mij. Er zijn andere oud-collega’s van Vertis die dit model ook hebben toegepast toen ze voor zichzelf begonnen. Als ik hen vraag of de voordelen opwegen tegen de risico’s dan is het antwoord overal: ja.”
“Ik hoop andere ondernemers te inspireren. Er zijn succesvolle ondernemingen waarbij de leidinggevende een centrale rol vervult en dat is prima, maar het kán ook anders. Door je als ondernemer kwetsbaarder op te stellen haal je meer uit medewerkers die net zo slim of misschien wel slimmer zijn dan jij. Het is een lange termijnvisie. Als eigenaar heb ik een deel van mijn zeggenschap en financiële voordelen ingeleverd. Maar ik heb liever een derde van iets dat heel groot wordt en goed werkt, dan de helft van een bedrijf dat kleiner blijft.”